Asterix en Obelix
Ook dit jaar weer hielpen
Arne, Inze, Gerlof en ik (Johannes) weer mee met het organiseren
van het PKD. Dit jaar was gekozen voor het thema "Asterix en Obelix". Tijdens de opening kwam
een verkenner vertellen dat de Romeinen op drie dagen reizen van Gallie lagen. Helaas was de
toverdrank net op en moest er dus nieuwe gemaakt worden. De scouts, verdeelt over subkampen
Carnix en Montbard, moesten zich dit weekend voorbereiden op de komst van de Romeinen. Dus
moesten ze trainen en natuurlijk ingredienten voor de toverdrank verzamelen.
Wij (de staf) waren de dag van te voren al gearriveerd, en waren al druk bezig geweest met het
opbouwen van het terrein. Samen met Inze en Mark (van Scouting Emmeloord) vormde ik het
subkamp Montbard, terwijl Gerlof en Arne samen met Famke (ook van Emmeloord) het vegetarische
kamp Carnix vormden. Na de openingen gingen we met de kinderen op het subkamp de
kennismakingsspelen doen. Hier werd echt gedaan aan teambuilding, zodat het dorp een echte
hechte vechtmachine kon vormen. Door onder andere samen oefen-romeinen om te schieten met
een blijde en door middel van een quiz zoveel mogelijk van elkaar te weten te komen moest dit
worden bereikt. Hoewel dit alles wat chaotisch ging, werkten alle Scouts zich flink in het zweet en
hadden ze na afloop een gezonde honger opgebouwd. Dit kwam mooi uit, want het was tijd voor
het avondeten.
Na het avondeten was het tijd voor het nachtspel. Nadat, doormiddel van het al oude spel
Everzwijn van Gallie, de sterkste man van het subkamp een zak met toverdrank ingredienten
had gevonden, vertrokken we richting de Crossbaan. Hier werden de twee subkampen in tweeen
gedeeld, zodat er vier groepen ontstonden. Ieder groep moest vervolgens in een groot tikspel
ingredienten stelen (uhm, lenen) bij de andere groepen (totemroof dus). Dit werd echter niet alleen
moeilijk gemaakt door de verdedigers van de verschillende groepen, maar ook door het Romeinse
kampement op het midden van de crossbaan. Deze werd bemand door uiterst fanatieke leiding,
die niets liever wilden dan die vervelende Galliers eens goed een lesje te leren. De kinderen staken
hier echter een stokje voor, door stiekem zoveel mogelijk Romeinse teenslippers uit het Romeinse
kamp te ontvreemden (deze teenslippers waren ook nodig voor de toverdrank). Al met al een groot
chaotisch, maar heel leuk spel. Hierna was het dan echt tijd voor bed, want de volgende dag stond
er hike op het programma en hier moesten de kinderen wel goed uitgerust voor zijn natuurlijk.
Zondag
PKD zal PKD niet zijn als het weer eens ging regenen, en in de nacht van zaterdag op zondag
bracht de weergod dan ook niet veel goeds met de wind mee. Na een subkampbespreking in de
regen werd het gelukkig langzamerhand toch weer droog. En hoewel het tijdens de aandacht nog
regende, liet de zon tegen de tijd dat de hike van start ging zijn gezicht al weer voorzichtig zien.
Tijdens de hike vervulden Inze en ik de rol van rijdende probleemoplosser. Zo zochten wij
verdwaalde groepjes en reden wij van post naar post om te kijken of alles goed ging. Er zat van
alles en nog wat in de hike. Een kabelbaan, menhir gooien, vlot varen. En het doel van deze
expeditie: het, met behulp van een klimtuigje, maretak snijden. De route was helaas niet compleet
vrij van fouten en zo liepen de groepjes die linksom liepen al snel veelvuldig fout. Ook was de
post Everzwijn vangen door ons op de verkeerde plek gezet. Maar alle groepjes werden weer
snel gevonden en konden zo de tocht voortzetten. Om iedereen toch weer op tijd bij het
avondeten te krijgen, waren we helaas wel genoodzaakt de tocht op sommige punten wat in te korten.
Na vanaf de laatste post voor rechtsom nog ongeveer dertig kinderen terug naar het labelterrein
te hebben vervoerd met de busjes van Rotterdam en Jamboa, waren alle groepjes toch nog op
tijd voor de barbecue.
Na de barbecue, met echt varken aan het spit (dit tot afschuw van enkele padvindsters van
Dryade), was het tijd voor het kampvuur, dat dit jaar per subkamp werd gehouden. Terwijl Chris
het kamp vuur deed in Carnix, lag het kampvuur van ons in de goede handen van Mark Heuping
en Christiaan. Alle groepen hadden verplicht een stukje in gestudeerd voor bij het kampvuur, en
deze sketches werden afgewisseld met liedjes in echte Asterix en Obelix stijl. Vooral de stukjes
van de Dryade en van Rotterdam deden het goed. Terwijl de eerste allerlei vooroordelen over
meisjesgroepen de revue liet passeren (van ballet, tot make-overs, tot schreeuwen om jongens),
gingen enkele jongens van Rotterdam letterlijk uit de kleren met een striptease act (dit weer tot
groot vermaak van de Dryade). Nadat iedereen ook nog Ba-Ow Vla-Ow had geproefd, en soep
en een broodje na afloop had gehad, was het al weer tijd voor bed.
Maandag
Op maandag was het
dan eindelijk zover, de confrontatie met de Romeinen. Aldus vertrokken
wij met ons subkamp weer richting de crossbaan. Op de crossbaan lagen al twee ballen met een
doorsnede van zo ongeveer 2 meter. Nadat we met alle scouts nog even hadden gezongen voor
Famke (zij was namelijk jarig die dag), en nadat iedereen slok toverdrank had gekregen, begonnen
we aan het eerste spel. Het eerste spel was het "de hemel op je hoofd val"-spel. Er is namelijk
maar 1 ding waar Galliers bang voor zijn, en dat is dat de hemel op hun hoofd valt. Tijd voor
een beetje therapie dus - door de ballen boven iedereens hoofden hoog te houden werd deze
angst snel overwonnen. Daarna was het tijd om de Romeinen eens goed aan te pakken. Natuurlijk
was de leiding van de groepen weer het slachtover en moesten zijn voor Romeinen spelen. Maar
ook de scoutstaf werd niet gespaard. Terwijl de Romeinen zich in een mooie formatie hadden
opstelt, kegelden de scouts ze hard omver met behulp van de twee grote ballen - levend bowlen
dus. Hier hadden de Romeinen niet van terug en trokken zich dan ook snel weer terug (filmpje). Hierna
was er nog even tijd voor een potje voetbal, waar de nodige hardhandigheid niet geschuwd werd.
Na het middageten
was er nog even tijd voor het obligate "rotte vissen gevecht", maar dat
duurde in ons subkamp niet heel lang, aangezien dit er een beetje te ruw aan toe ging. Dus gingen
wij na een ronde maar gewoon trefbal met een zachte bal doen. Om drie uur was het dan tijd voor
de sluiting. Hier kregen iedereen nog een klein flesje met toverdrank als kampherinnering en werd
afscheid genomen van Asterix en Obelix. En na nog een korte subkamp-evaluatie tussen de staf en
de leiding, gingen alle groepen weer huiswaarts.
Toen 's middags en 's avonds alle bouwwerken waren afgebroken en al het materiaal weer was
opgeborgen, vertrokken ook de meeste staf eindelijk richting een zacht bed. Dit op paar "die hards"
na, die de volgende dag de laatste klusjes nog even deden.
|